opinie
Arjan Vliegenthart:

Een gepolitiseerde Senaat

Het aantreden van het kabinet Rutte-Verhagen lijkt de Eerste Kamer te politiseren. Als de politieke verhoudingen in beide Kamers ongeveer gelijk zijn, concentreert de Eerste Kamer zich vooral op de grondwettelijke en EU-rechtelijke aspecten van wetsvoorstellen, en op de meer ‘technische’ kant ervan zoals de praktische uitvoerbaarheid. Maar nu de Kamers gekenmerkt worden door ongelijkgestemde politieke verhoudingen zijn politieke overwegingen belangrijker. Daar heeft de regering-Rutte rekening mee te houden.

De afgelopen weken waren spannend in de Senaat. Met 38 tegen 37 stemmen nam de Eerste Kamer een motie aan die de regering verzocht om het systeem van hypotheekrente-aftrek tegen het licht te houden. Met 36 tegen 33 stemmen stemde de Eerste Kamer vorige week voor een aanscherping van de winkeltijdenwet, terwijl ook bij het debat over het verbieden van het houden van pelsdieren de politieke emoties hoog opliepen. Vreemd is dat niet gezien het feit dat de regering niet automatisch op een meerderheid in de Eerste Kamer kan rekenen; CDA en VVD bezetten 35 van de 75 zetels en dus is de regering per definitie aangewezen op andere partijen.

Daarmee komen ook politieke afwegingen scherper naar voren dan anders. Niet dat er de afgelopen jaren geen politiek bedreven werd in de Senaat. In de woorden van CDA-senator Hans Franken kan de politieke opportuniteit bij omstreden wetsvoorstellen zwaarder wegen dan de wetenschappelijke rationaliteit. Ook tijdens Balkenende-IV nam de Eerste Kamer bij tijd en wijle slechte voorstellen om politieke redenen aan. De Eerste Kamer is een politiek orgaan- hoewel senatoren part-time politici zijn, de sfeer vaak gemoedelijker is dan in de Tweede Kamer en de debatten technischer.

Het komt slechts zelden voor dat partijen anders stemmen dan hun tegenvoeters in de Tweede Kamer. Voor dat laatste kunnen overigens goede redenen zijn. Zo kan er nieuwe informatie beschikbaar zijn of kunnen bepaalde aspecten in de Tweede Kamer over het hoofd zijn gezien. Vaak gaat het hierbij om voorstellen die (vrijwel) unaniem aangenomen werden aan de andere kant van het Binnenhof. Een andere politieke afweging komt veel minder voor en wordt doorgaans uitgebreid beargumenteerd.

Wie dus denkt dat dat wetsvoorstellen die in de Tweede Kamer aangenomen zijn uiteindelijk ook in de Senaat op een meerderheid kunnen rekenen, zou wel eens bedrogen uit kunnen komen. Zeker na de Statenverkiezingen in maart zou een ontbrekende meerderheid wel eens onoverkomelijk kunnen zijn. Van de Grondwetgever heeft de Eerste Kamer vrijwel dezelfde rechten als de Tweede Kamer gekregen, met uitzondering van het recht van amendement en initiatief. Dat de Senaat deze rechten de komende tijd uitdrukkelijker dan voorheen zal gebruiken, hoeft niemand te verbazen.

Betrokken SP'ers