Nuon kan zelfstandig ook sterke speler zijn
De verkoop van Nuon is onder voorwaarden geen probleem, aldus Martin Schuurman. Agnes Kant en Eric van Kaathoven vinden de grip op de energieleveranties onvoldoende gewaarborgd.
Volgens CU-Statenlid in Gelderland Schuurman wordt de provinciale en de gemeentelijke politiek door Brussel en de Tweede Kamer gedwongen om de publieke energiebedrijven te verkopen. Dit is onzin. Het is niet verboden voor een energiebedrijf om één of meerdere overheden als aandeelhouder te hebben. Sterker nog, de potentiële overnamekandidaat van Nuon, Vattenfall, is zelfs voor 100 procent in handen van de Zweedse staat. Het is dus een misvatting dat in een geliberaliseerde markt geen overheidsbedrijven kunnen of mogen bestaan.
In de VS konden we zien welke situatie kan ontstaan als je de energievoorziening helemaal aan de markt overlaat. Grote delen van Californië zaten dagen zonder stroom omdat het commerciële energiebedrijf centrales uitschakelde om de prijs op te drijven.
Een meerderheid in de Tweede Kamer zegt dat de splitsingswet dit voorkomt. Dit is wederom onzin. Er komt weliswaar een publiek netwerkbedrijf, maar wat heb je aan kabels en leidingen als er geen stroom wordt geproduceerd?
Ook het argument dat Nuon te klein is om te overleven rammelt. Onderzoek naar de gevolgen van de liberalisering en de schaalvergroting in de energiesector in de Verenigde Staten en Engeland wijst op het tegendeel. Nuon heeft volgens de onderzoekers juist de optimale schaalgrootte om efficiënt te kunnen opereren. Daarnaast concluderen zij dat de energieprijzen door fusies juist omhoog zijn gegaan.
Mede hierdoor is het onmogelijk om te garanderen dat aan de energie van Vattenfall een redelijk prijskaartje blijft hangen. De aandeelhouders van Nuon kunnen weliswaar met Vattenfall afspraken maken voor de korte termijn, uiteindelijk zijn het de Zweden die aan de knoppen draaien.
Zo is het ook bij de garantie op energielevering. Als Vattenfall over tien jaar om wat voor reden dan ook besluit haar Nederlandse centrales stil te leggen, kunnen de provinciale staten van Gelderland op hun kop gaan staan, helpen zal het niet. Zij hebben daar helemaal niets meer over te zeggen.
De energiebedrijven kunnen en moeten in publieke handen blijven. Gezien de schaal van de bedrijven zou het logisch zijn het aandeelhouderschap te concentreren bij de provincies. Om te voorkomen dat die toch weer te veel letten op hun eigen inkomsten, kan de winstafdracht wettelijk beperkt worden.
Het ligt verder voor de hand dat de vier publieke energiebedrijven elkaar niet gaan beconcurreren. Laat hen zo veel mogelijk samenwerken, bijvoorbeeld bij de inkoop van fossiele brandstoffen. En géén dure reclamecampagnes voeren om elkaars klanten weg te kapen. Zo heeft straks iedereen in de eigen regio de keuze tussen een degelijk, betaalbaar publiek energiebedrijf naast de commerciële jongens.