opinie
Henk van Gerven:

De nalatenschap van Arthur Gotlieb

Henk van Gerven

Niemand die de zorg een warm hart toedraagt zal de afgelopen week snel vergeten. Deze stond in het teken van de dramatische zelfdoding van Arthur Gotlieb, medewerker bij de Nederlandse Zorgautoriteit NZa. De week riep bij mij tegenstrijdige gevoelens op.

Zo waren op de persconferentie op 2 september van de commissie-Borstlap over het intern functioneren van de NZa en het ministerie van VWS leden van de Tweede Kamer niet welkom en schitterde minister Schippers door afwezigheid. Zij had twee uur van tevoren het rapport in beslotenheid in ontvangst genomen. En dat terwijl zowel het ministerie als parlement hier een cruciale rol spelen.

Borstlap werd door het ministerie aangespoord om het rapport op te leveren voor de ontroerende Zembla-uitzending van 4 september en de boekpresentatie op 5 september van Operatie ‘werk Arthur de deur uit’ van Arthur Gotlieb. Tijdens de persconferentie liep hij op eieren. Het is een kritisch rapport, maar passend in de traditie van de Nederlandse polder. Over de extra subsidie aan het Oogziekenhuis Rotterdam schrijft Borstlap: ‘Waar het gaat om de toekenning van extra financiĆ«le ruimte (…) is het uiteindelijke besluit binnen de eigen kaders van de NZa genomen. Maar op de weg daar naartoe hebben medewerkers van het ministerie paden bewandeld die schuurden langs de rand van de wettelijk vastgelegde verantwoordelijkheidsverdeling tussen ministerie en NZa.’

De vraag is of we er hier wel komen met polderen als de marktmeester van de zorg zo slecht functioneert dat een gewetensvolle ambtenaar uiteindelijk zichzelf het leven beneemt. 
Wie het boek van Arthur Gotlieb leest, moet constateren dat dit een uniek document is, een boek dat alle bestuurders en managers van Nederland moeten lezen. En welke gevoelens roept het boek op? Allereerst: het stinkt daar bij de NZa. Wordt ons geld wel goed besteed? Is er geen sprake van vriendjespolitiek op het ministerie van VWS?

Bij de hulp aan het Oogziekenhuis Rotterdam was de minister persoonlijk betrokken. Er moet een oplossing komen, want Schippers wil geen ‘mediacommotie’. Het wekt de schijn van willekeur. Om het faillissement van het Ruwaard van Putten Ziekenhuis te voorkomen, stak de minister immers geen poot uit. En het ter wille zijn van de farmaceutische industrie van het ministerie van VWS was zelfs Theo Langejan te gortig: ‘GMT (afdeling Geneesmiddelen en Medische Technologie, HvG) is het bijkantoor van Nefarma.’

Welke les kunnen we trekken uit Arthur Gotliebs aangrijpende, ontluisterende, maar toch ook verrassend humoristische nalatenschap. Zo is zijn beschrijving van de Langejanstraat in het gebouw van de NZa hilarisch. Ter meerdere eer en glorie van zichzelf heeft baas Langejan alle voorgangers uit de eregalerij van de NZa laten verwijderen en een groot portret van hemzelf laten ophangen.

Arthur Gotlieb beschrijft de deugden die een publieke dienaar werkzaam in de publieke sector zou moeten vervullen. Geen gesponsorde dienstreizen aanvaarden, geen aanname van geschenken en gunsten van de farmaceutische industrie of adviesbureaus, respect, nederigheid en fatsoen, geen opportunisme te betrachten maar een dappere strengheid te vertonen.

Hij houdt ons allen die werkzaam zijn in de publieke sector een spiegel voor. Zijn wij die werken in de publieke sector in staat om het algemeen belang boven het persoonlijk gewin te stellen?

Deze opinie verscheen eerder bij Medisch Contact

Betrokken SP'ers