Vroeg of laat: Uitbuiting van arbeiders uit Midden- en Oost Europa
Het is april 2007. ‘Het ongebreideld toelaten van werknemers uit Midden- en Oost-Europese landen leidt tot een explosie van misstanden’, zegt SP-Tweede Kamerlid Paul Ulenbelt. ‘Want de verantwoordelijkheid van werkgevers voor fatsoenlijke huisvesting van buitenlandse werknemers en de controle daarop is niet geregeld. Ook ontbreken maatregelen om gelijk loon voor gelijk werk te garanderen.’
Ulenbelt verzoekt de regering om eerst orde op zaken te stellen voordat de grenzen voor Midden- en Oost-Europese arbeiders volledig opengesteld worden. (motie 29407 nr. 67, voorgesteld op 25 april 2007) Dit SP-initiatief krijgt alleen steun van de Partij voor de Dieren.
September 2011. ‘Nederland is niet in staat geweest de toestroom van arbeidsmigranten uit Midden- en Oost-Europese landen in goede banen te leiden.’ Dat is de conclusie van een tijdelijke commissie van de Tweede Kamer die de gerezen problemen onderzocht. De commissie zegt geschrokken te zijn van het grote aantal malafide uitzendbureaus en de slechte, soms schrijnende huisvestingssituaties van arbeidsmigranten. Migranten worden onderbetaald door hun werkgevers en huisjesmelkers laten migranten te veel betalen voor kleine en slechte huisvesting. Dit acht de commissie onacceptabel. (Arbeidsmigratie in goede banen, 29 september 2011)
De tijdelijke commissie doet een groot aantal aanbevelingen die de SP eerder voorstelde. Zoals: Het instellen van een CAO-autoriteit met verregaande bevoegdheden om naleving van de CAO af te dwingen en er voor te zorgen dat de werknemer alsnog krijgt waar hij recht op heeft. Het invoeren van een vergunningplicht voor uitzendbureaus en sluiting van de bureaus als ze voor een tweede keer in de fout gaan.