CPB bevestigt: eerder stoppen illusie door pensioenakkoord
SP-Kamerlid Paul Ulenbelt is niet verbaasd over de harde kritiek die het Centraal Planbureau (CPB) levert op het voorlopige pensioenakkoord tussen werkgevers en werknemers. 'Dit akkoord telt alleen maar verliezers. Jongeren – dat is bij het CPB iedereen tot 50 jaar – zijn hun pensioen niet meer zeker en mensen die eerder willen stoppen met werken verliezen 6 tot 7 procent van hun inkomen. Hiermee is wat mij betreft het pensioenakkoord definitief van tafel.'
Het Centraal Planbureau reageerde vandaag op verzoek van, onder andere, de SP op de gevolgen van het pensioenakkoord. Ook de kritiek van FNV Bondgenoten op het akkoord werd hierin meegenomen. FNV Bondgenoten krijgt gelijk van de rekenmeesters: iedereen die voor de wettelijke AOW-leeftijd – die in dit akkoord uiteindelijk naar 68 gaat – wil stoppen, moet de rest van zijn leven tot 7% van zijn inkomen inleveren. Daar komt bij dat eerder stoppen onmogelijk wordt voor mensen die alleen een AOW of een klein aanvullend pensioen hebben.
Ulenbelt: 'De door Jongerius gedane belofte dat iedereen kan stoppen vanaf 65 jaar en dan een vergelijkbaar inkomen overhoudt, is dus gewoon niet waar. Alleen werknemers met een hoger inkomen, die ook nog eens bereid zijn duizenden euro's in te leveren, kunnen eerder stoppen. Een jaar eerder stoppen kost minimaal 13.000 euro.'
Het CPB heeft ook harde kritiek op de gevolgen van dit akkoord voor jongeren. Doordat de pensioenen sterk afhankelijk worden van beleggingsresultaten, weet niemand hoe hoog het pensioen daadwerkelijk is op het moment van pensionering. Ulenbelt: 'Iedereen tot de 50 krijgt zo een pokerpensioen. De pensioenfondsen gaan gokken met je geld en als je stopt met werken, moet je hopen dat er nog wat over is.' Het Kamerlid ziet in de conclusies van het CPB de bevestiging van zijn eerdere stellingname dat dit pensioenakkoord niet deugt.