Dicht het gat in de wetgeving dat giframp Ivoorkust mogelijk maakte
De Dienst Scheepvaart had het gifschip Probo Koala tegen moeten houden toen het de haven van Amsterdam wilde verlaten. Tientallen ambtenaren van diverse instanties hebben van de zomer heen en weer zitten bellen terwijl het gif werd teruggepompt en het schip met zwaar giftige lading uit de haven vertrok. Of dit tegen de wettelijke voorschriften in gebeurde wordt nog onderzocht. SP-Kamerlid Remi Poppe ziet zijn vermoeden door de commissie Hulshof bevestigd: “Er zit duidelijk een gat in de Nederlandse wetgeving. De ambtenaren wisten zich geen raad en konden niet verhinderen dat het gif naar Afrika wordt getransporteerd. Hoog tijd om daar wat aan te doen.”
Poppe: “De kapitein kan nu nog zijn giftige afval aan boord houden en elders afgeven. Hij kan nu nog een haven naar keuze uitzoeken, ook buiten Nederland. Dat wordt negen van de tien keer natuurlijk de goedkoopste haven, vaak in een land zonder milieuregels of serieuze handhaving. Laten we de wet- en regelgeving hier aan passen zodat zeeschepen niet naar zee kunnen vertrekken met aan boord scheepsafval, ladingresiduen en slobwater.”
Het is voor de havenautoriteiten een kleine moeite om elk schip fysiek te controleren waarvan niet duidelijk is of het met afval de haven wil verlaten. Het overgrote deel van de schepen die de Nederlandse havens binnen lopen is bekend. Die komen meerdere keren per jaar voorbij en daarvan weet men wat zich aan boord bevindt en wat er gebeurt. Het is van belang juist die schepen te controleren waarvan de ladingen veel wisselen en inhoud en handelen hier niet duidelijk is. “Het kaf is snel van het koren te scheiden,” stelt Poppe. “De verantwoordelijkheid voor inspectie en handhaving moet bij één dienst komen te liggen. Een paar extra inspecteurs kunnen elk schip fysiek bij vertrek controleren of er nog afval aan boord is.”