Succes Huis van het Recht Heerlen smaakt naar meer
Ruim drie jaar geleden startte het als pilotproject, maar inmiddels heeft het Huis van het Recht adequate oplossingen gevonden voor honderden kwetsbare mensen met uiteenlopende problemen. Maar ook buiten die doelgroep blijkt de samenwerking tussen gemeente, rechtbank en Juridisch Loket zijn vruchten af te werpen.
Tekst: Rob Janssen
Het was te veel geworden. Hij wist niet meer hoe of wat, zag door de bomen het bos niet meer en had geen idee meer waar te beginnen. Wesley uit Heerlen dreigde zijn woning uitgezet te worden en kampte onder meer met problematische schulden. Daarnaast hing zijn zoontje een uithuisplaatsing boven het hoofd. Dus naast zijn eigen problemen speelde er ook nog iets wat men met de veelzeggende term ‘ontwikkelingsbedreiging’ voor een kind pleegt te omschrijven. Wesley zat helemaal aan de grond en zag nog maar één mogelijkheid om uit de problemen te komen: het Huis van het Recht. Hij werd ‘rechtzoekende’ – weer zo’n term. Om kort te gaan: het gaat nu goed met Wesley. 'Als het Huis van het Recht er niet was geweest waren mijn zoontje en ik het huis uitgezet', blikt hij terug. 'Nu is er gekeken naar hoe mijn problemen opgelost kunnen worden. En dat geeft veel rust na alle spanning.'
In januari 2020 werd het Huis van het Recht bij wijze van pilot geopend. Heerlen, waar destijds Emile Roemer burgemeester was, had daarbij de primeur in Nederland. Dat kwam zo: de rechtbank had het initiatief genomen om met de gemeente in gesprek te gaan over mogelijke vormen van toegankelijkere rechtspraak in de stad. De behoefte daartoe was snel in kaart gebracht en vervolgens bedacht de rechtbank samen met de gemeente een pilot gebaseerd op een idee van SP-Kamerlid Michiel van Nispen, die daarover in Den Haag een plan op tafel had gelegd. Insteek: in een rechtsstaat moet iedereen zijn of haar recht kunnen halen. Recht of recht op hulp bij een oplossing. Want dat dat in de praktijk lang niet altijd voor iedereen bereikbaar is, mag als een gegeven worden gezien. En daarom moest het Huis van het Recht laagdrempelig, betaalbaar en vooral ook in de buurt zijn. Bovendien: alle hulp moest voor Heerlenaren te vinden en te krijgen zijn op één plek. Reden genoeg om eens te gaan kijken hoe het daar nu in Heerlen loopt.
Overleven
Het Tribune-team wordt ontvangen in het gebouw van het Juridisch Loket in het Heerlense Maankwartier, een treffende locatie voor een gesprek dat eigenlijk gaat over optimisme, perspectief en hoop bieden. Geen eigen Huis? ‘Nee, geen huis in letterlijke zin,’ zegt Fleur Spruit van de gemeente: ‘Het Huis van het Recht moet je zien als een concept. Een concept voor samenwerking.’ En die samenwerking omvat veel. Doel was en is een brug slaan tussen het gemeentelijke sociaal domein en het juridische werkterrein. Om mensen te helpen moesten die twee elkaar sneller en beter gaan vinden, kortere lijntjes met elkaar hebben en uiteindelijk elkaar gaan versterken. Hulpverleners en juridisch medewerkers moesten de handen ineen slaan, expertise delen, van elkaar weten wie er met welke rechtzoekende bezig is, in welk stadium de casus zich bevindt om samen doelgericht tot een oplossing te komen.
De focus lag aanvankelijk op de zogenaamde multiproblematiek: vaak schrijnende gevallen waarin meerdere problemen tegelijk spelen. Projectleider Falko Dekkers: ‘Dan moet je denken aan terreinen als arbeidsrecht, huurrecht, sociaal recht, uitkeringen, schulden etcetera. Voor mijzelf is het gemakkelijk gezegd: “Ik heb een sociaal netwerk”. Maar veel mensen hebben dat niet.’ ‘Veel mensen zijn bezig met overleven en hebben eenvoudigweg niet de mogelijkheid om naar de rechter te stappen,’ zegt Roel de Vries, consulent van de gemeente. ‘Voor menigeen klinkt het woord ‘juridisch’ al heel zwaar,’ schetst Jan-Pieter Verkennis van het Juridisch Loket, waarmee hij de afstand aangeeft die veel mensen toch hebben of ervaren tot de rechtspraak in het algemeen. Dekkers: ‘Daarbij komt dat sommigen gewoon het geld niet ervoor hebben of geen rechtsbijstandsverzekering hebben. De realiteit is nu eenmaal: velen kúnnen het gewoon niet zelf.’
Nieuw symbool
Waar zou je met de betrokken partijen bij het Huis van het Recht in Heerlen beter kunnen afspreken dan in het Maankwartier? Het Maankwartier bestaat pas vier jaar en geldt als hét nieuwe icoon in de grootste stad in de Oostelijke Mijnstreek. Het is eigenlijk het stationsgebied, maar het oude stationsgebied was een van de gevaarlijkste plekken van Nederland, een doodenge ‘no go area’ van drugs- en verslavings-problematiek, criminaliteit en prostitutie. Op initiatief van SP’ers als Riet de Wit, Ron Meyer en Peter van Zutphen en met steun van de Heerlenaren werd het betoverende Maankwartier gerealiseerd (zie ook de Tribune van september 2019), compleet met horeca, kantoren, winkels, appartementen (ruim eenderde sociale huur) parkeergarage en treinstation natuurlijk. Plus cultuur; want ja, Heerlen schamen zich niet voor het verleden van hun stad, hoe zwaar en donker die na de mijnsluitingen soms ook was. Niet dat heel Heerlen nu Rozengeur en Maankwartier is. Maar ‘een nieuw symbool van Heerlens zelfbewustzijn’, zoals Ron Meyer het noemde, mag het gebied zeker heten.
Kortere wachtrij
Afspraak was dat de pilot Huis van het Recht te zijner tijd tegen het licht gehouden zou worden door het ministerie van Justitie en Veiligheid; het evaluatierapport is klaar en de conclusies zijn positief. Maar voor de betrokken partijen is al lang duidelijk: we gaan hoe dan ook door. Want, zo stellen ze in Heerlen: dat wat blijkt te werken willen we niet meer verliezen als de pilot is afgelopen. En dat het werkt, dat blijkt wel uit het feit dat er niet minder dan driehonderd mensen geholpen konden worden – en dat deels in corona-tijd. Saillant detail: in slechts twee (!) gevallen was uiteindelijk een daadwerkelijke rechtsgang nodig.
En daar is Veronique van Poll van de Rechtbank Limburg begrijpelijkerwijs dan weer bijzonder tevreden over. ‘Het is goed om te zien dat alleen in de gevallen waar het echt nodig is de stap naar de rechter is gezet. Dat betekent namelijk dat veel andere schrijnende rechtszaken niet of korter in de wachtrij hoeven te staan.’ Frank Houkes van het Juridisch Loket: ‘Goed om te zien dat de rechterlijke macht op deze manier ontlast kan worden. Sterker nog: als er veel casussen naar de rechter hadden gemoeten, had ik toch een beetje het gevoel gehad dat ik mijn werk niet goed had gedaan.’
Het is mooi om te zien dat mensen uit verschillende disciplines - namelijk het sociale enerzijds en het juridische anderzijds – zo ‘portefeuille-overstijgend’ in de thematiek zitten: de jurist die ziet dat het slagen van de hulpverlener ook in zijn voordeel is en andersom. Dat maakt dat er vroeg gesignaleerd en snel geschakeld kan worden om erger te voorkomen. In zekere zin zou je ook de hulpverleners en juristen als doelgroep van het project kunnen zien, want ook zij profiteren van de aanpak. ‘Dat is extra winst,’ beaamt Falko Dekkers: ‘Het mes snijdt aan twee kanten.’
Eigen shit
En nu? Een Huis van het Recht in iedere uithoek van Nederland en in iedere wijk in elke stad? Fleur Spruit glimlacht. ‘Laat ik zeggen: het moet er passen. Je moet kijken naar wat er in een gemeente al allemaal is en bezien wat er precies de behoefte is. Het Huis van het Recht in Heerlen is geen blauwdruk. Waar wél overal naar gekeken kan worden is: Hoe kunnen we datgene wat er al is met elkaar in verbinding brengen?’ Frank Houkes: ‘Zoeken naar hoe je een toegevoegde waarde kunt laten zien; dat moet je constant blijven doen.’
Is het eigenlijk niet diep treurig dat een Huis van het Recht überhaupt nodig is in Nederland? Een open deur natuurlijk, die vraag. Maar toch stellen we ‘m. ‘Het wordt voor de mensen ook allemaal steeds ingewikkelder,’ verzucht Falko Dekkers. De overheid is vaak zelf de grootste veroorzaker van de problemen die in het Huis ter tafel komen. Nog zo’n vraag: In hoeverre hebben veel mensen niet hun eigen shit veroorzaakt? Fleur Spruit: ‘Onze inzet is dat wij hier in Heerlen het verschil kunnen maken bij het oplossen van problemen. En daarmee bedoel ik: samen met degene die hulp nodig heeft op zoek naar een oplossing gaan zodat hij of zij een betere positie in de maatschappij krijgt.’
Momenteel kijkt het team naar mogelijkheden voor het openen van servicepunten in andere gemeenten, bijvoorbeeld in het nabijgelegen Kerkrade. Ook van aanhaken bij het Nationaal Programma Heerlen-Noord en het op jeugd gerichte initiatief Preventie met Gezag is sprake. Onze eerdere open deur hoeven we niet opnieuw in te trappen; de noodzaak is duidelijk, zoals op zoveel plekken in ons land. Falko Dekkers: ‘Ik denk, hoop en verwacht dat wij het heel druk gaan krijgen.’ Hij hóópt? ‘Ja. Want het Huis van het Recht is bewezen effectief gebleken.’ Daar spreekt vertrouwen uit. Én optimisme.
‘Afstand verkleinen’
Michiel van Nispen, Kamerlid en mede-initiatiefnemer van het Huis van het Recht, is verheugd over het succes van de pilot. ‘En er zijn signalen dat het uitgebreid wordt; ik zie hier en daar goede initiatieven zoals in de provincie Zeeland. Hoe dat er precies uit komt te zien weten we nog niet. Dat hangt ook af van de mogelijkheden die lokaal aanwezig zijn. Onze wens was en is, dat er voor iedereen een laagdrempelige voorziening in de buurt is. Een plek waar je binnen kunt lopen, je verhaal kunt doen en ondersteuning kunt krijgen.’
Wat betekent het dat in Heerlen de rechter er tot nu toe nauwelijks aan te pas heeft hoeven komen? ‘Kijk, waar het om gaat is dat mensen geholpen worden. De gang naar de rechter was op zichzelf geen doel van het Huis. Maar als de oplossing van een probleem gebaat is bij een rechtsgang, dan moet die rechter er uiteraard gewoon zitten in de wijk. Want heel veel mensen vinden dat juridische reilen en zeilen maar eng en soms letterlijk en figuurlijk ver weg. Met Huizen van het Recht willen we voor iedereen die afstand verkleinen.’